De ISCHAR-functie controleert of een variabele een char ofwel een enkelvoudig teken is. Een enkelvoudig teken kan één letter, cijfer, symbool of spatie zijn dat tussen aanhalingstekens staat.
Als de variabele een char is zal de uitvoer 1 zijn. Als het geen char is zal de uitvoer 0 zijn.
ISCHAR(variabele) => 0 of 1