Hoe is Morse ontstaan?
Morse – ook wel Morsealphabet – is een veelgebruikte code voor het verzenden van letters, cijfers en andere tekens. De code is uitgevonden door Samuel Morse in 1837 en gestandaardiseerd in 1865 na enkele aanpassingen door Alfred Vail en Friedrich Clemens Gerke.
Hoe werkt Morse?
Om de code te visualiseren, worden de volgende symbolen gebruikt:
- Punt (.) voor korte toon.
- Streepje (-) voor lange toon.
- Spatie voor pauze van verschillende lengtes (soms wordt ook een komma of schuine streep gebruikt voor het scheiden van woorden).
Voor akoestische illustratie en voor leer- en oefendoeleinden worden de klanklettergrepen di(t) (punt) en dah (streepje) gebruikt.
De lengte van een di(t) bepaalt de snelheid waarmee het kan worden verzonden. Het is de basis tijdseenheid waarnaar alle andere tijden worden verwezen:
- Een dah heeft een lengte van 3 di(t).
- De lengte van de pauze is:
- 1 di(t) tussen twee verzonden symbolen.
- 3 di(t) tussen letters in een woord.
- 7 di(t) tussen woorden.
Lees meer over Morse op Wikipedia (en)