De tijdmaat, ook wel uurmaat, is een gebruikelijke manier om een hoek aan te geven in de astronomie, in de eenheden uur, minuut en seconde. De volledige hoek van 360° is verdeeld in 24 uur. Eén uur komt dus overeen met een hoek van 15°. De tijdmaat wordt uitsluitend gebruikt voor hoeken in het equatoriale vlak. Het legt een verband tussen de schijnbare verandering in positie van een hemellichaam door de rotatie van de aarde en de verstreken tijd in dit proces. Bijvoorbeeld, de uurhoek van de zon neemt toe met (gemiddeld) 15° of 1 (hoek) uur in één zonne-uur. Bij de rechte klimming van een ster komt een hoek van 15° overeen met het uur van die ster, dat verstrijkt tussen de passage van het lentepunt en die van de ster door de hemelmeridiaan.
Bijvoorbeeld, 1h 23m 45s (in uurmaat) en 20° 56′ 15″ (in gradenmaat) betekenen dezelfde hoek. De afkortingen prime ′ en dubbele prime ″ worden niet gebruikt voor minuten en seconden van de uurmaat om verwarring met de boogminuten en boogseconden van de gradenmaat te voorkomen. Om ze te onderscheiden van de tijdseenheden met dezelfde naam, worden de afkortingen h, m en s in superscript geschreven voor hoekeenheden.
Tijd | Hoek in uurmaat | Hoek in graden | Hoek in boogmaat |
---|---|---|---|
1 dag | 24h | 360° | 2π ≈ 6,283 |
1 uur | 1h 4m | 15° 1° | π⁄12 ≈ 0,262 π⁄180 ≈ 0,0175 = 1,75 · 10−2 |
1 minuut | 1m 4s | 15′= 1⁄4° 1′ = 1⁄60° (Boogminuut) | π⁄720 ≈ 0,00436 = 4,36 · 10−3 π⁄10800 ≈ 0,000295 = 2,95 · 10−4 |
1 seconde | 1s 1⁄15s = 0,0667s | 15″ = 1⁄240°1″ 1″ = 1⁄3600° (Boogseconde) | π⁄43200 ≈ 0,0000727 = 7,27 · 10−5 π⁄648000 ≈ 0,00000485 = 4,85 · 10−6 |
Lees meer over tijd- en uurmaten op Wikipedia (de)